Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zijt [1]niet nijdig over [2]de boze lieden, en laat u niet gelusten, om bij hen te zijn. 1. Zie Ps.37:1. 2. Hebreeuws, mannen der boosheid, of des kwaads; dat is, mensen die de boosheid toegedaan, of tot alle kwaad genegen zijn. Zie Job 11:11.